De zee by De Kift Lyrics
In verre, droeve buitenwijken
Die 's ochtends leeg en somber zijn
Waar de sering er zielig bij staat op het plein
Daar staat een huis
Zestien hoog, waarnaast een populier verrijst
Die uitgeput naar de verlaten hemel wijst
En bij die populier een bank
Daar slaapt al sinds een uur of twee
Daar slaapt al sinds een uur of twee "D"
Hij ligt te dromen van de zee
Hij heeft gedronken, is verdomme voor altijd weg van huis gegaan
Hij wilde naar de zee vertrekken
Maar kwam bij het station niet aan
Hij wilde naar de zee vertrekken
Die ieder leed verdrijven kan
Hij heeft staan vloeken
Zag die bank, ging liggen en daar snurkt hij dan
Toen is de zee naar hem gekomen
De zee met haar vertrouwd gezicht
De blauwe zee is zelf gekomen
Glimlachend in het ochtendlicht
Toen is de zee naar hem gekomen
De zee met haar vertrouwd gezicht
De blauwe zee is zelf gekomen
Glimlachend in het ochtendlicht
En "D" die heeft toen ook geglimlacht
En die bewegingloze vent
Vermagerd, kaal en zonder tanden
Is ijlings naar de zee gerend
En rennend ziet hij een gestalte
Die in de gouden branding staat
En dat ben ik
Die ook voortdurend naar zee wil
En maar steeds niet gaat
Ik slaap en schommel op een schommel tussen wat struiken op een plein
In verre, droeve buitenwijken
Die 's ochtends leeg en somber zijn
En rennend ziet hij een gestalte
Die in de gouden branding staat
En dat ben ik
Die ook voortdurend naar zee wil
En maar steeds niet gaat
Ik slaap en schommel op een schommel tussen wat struiken op een plein
In verre, droeve buitenwijken
Die 's ochtends leeg en somber zijn
Die 's ochtends leeg en somber zijn
Waar de sering er zielig bij staat op het plein
Daar staat een huis
Zestien hoog, waarnaast een populier verrijst
Die uitgeput naar de verlaten hemel wijst
En bij die populier een bank
Daar slaapt al sinds een uur of twee
Daar slaapt al sinds een uur of twee "D"
Hij ligt te dromen van de zee
Hij heeft gedronken, is verdomme voor altijd weg van huis gegaan
Hij wilde naar de zee vertrekken
Maar kwam bij het station niet aan
Hij wilde naar de zee vertrekken
Die ieder leed verdrijven kan
Hij heeft staan vloeken
Zag die bank, ging liggen en daar snurkt hij dan
Toen is de zee naar hem gekomen
De zee met haar vertrouwd gezicht
De blauwe zee is zelf gekomen
Glimlachend in het ochtendlicht
Toen is de zee naar hem gekomen
De zee met haar vertrouwd gezicht
De blauwe zee is zelf gekomen
Glimlachend in het ochtendlicht
En "D" die heeft toen ook geglimlacht
En die bewegingloze vent
Vermagerd, kaal en zonder tanden
Is ijlings naar de zee gerend
En rennend ziet hij een gestalte
Die in de gouden branding staat
En dat ben ik
Die ook voortdurend naar zee wil
En maar steeds niet gaat
Ik slaap en schommel op een schommel tussen wat struiken op een plein
In verre, droeve buitenwijken
Die 's ochtends leeg en somber zijn
En rennend ziet hij een gestalte
Die in de gouden branding staat
En dat ben ik
Die ook voortdurend naar zee wil
En maar steeds niet gaat
Ik slaap en schommel op een schommel tussen wat struiken op een plein
In verre, droeve buitenwijken
Die 's ochtends leeg en somber zijn